Documenten
|
| Geboorte Maria van Ingen Het jaar achttien honderd acht en twintig, den vijf en twintigsten februari, ten vijf ure des avonds, is voor ons Burgemeester Ambtenaar van den Burgerlijken Staat van de Gemeente Appeltern, Provincie Gelderland, verschenen, Janus van Ingen, winkelier, oud zeven en veertig jaren, wonende te Alphen, dewelke ons heeft vertoond een Kind van het vrouwelyk geslacht, geboren den vier en twintigsten dezer, ten acht ure des avonds van Janus van Ingen, winkelier en Johanna van Langeveld, Echtelieden te Alphen en aan welk Kind heeft verklaard de voornaam te willen geven van Maria.
De gezegde verklaring en vertooning geschiedt in tegenwoordigheid van Gerrit van der Masen, Klerk wonende te Appeltern, oud acht en twintig jaren, en van Marceles de Groot, Landbouwer, wonende te Maasbommel, oud acht en veertig jaren.
Na gedane voorlezing van de tegenwoordige Geboorte-Akte aan de deklarant en aan de getuigen, hebben deze dezelve met ons geteekend, verklarende de declarant niet te weten te schrijven. |
| Huwelijk In het jaar acht honderd vier-en-zestig, den zevenden der maand April, zijn voor ons Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der gemeente Alem, Maren en Kessel, provincie Noordbrabant, in het huis der gemeente in het openbaar verschenen: Bernardus de Goeij, weduwnaar oud zes en veertig jaren, geboren te Lith den zesden der maand Mei een duizend honderd zeventien, van beroep molenaar wonende te Lith Provincie Noord Brabant meerderjarige zoon van Adrianus de Goeij landbouwer mede wonende te Lith en Jandien Smits, overleden,
En Maria van Ingen, jongedochter oud zes en dertig jaren, geboren te Alphen, den vier en twintigsten der maand februarij een duizend acht honderd en acht en twintig van beroep winkelierster wonende te Kessel Provincie Noordbrabant meerderjarige dochter van Janus van Ingen en van Johanna van Langeveld beiden overleden,
Die ons verzocht hebben tot de voltrekking van hun voorgenomen huwelijk over te gaan, daartoe overleggende: [doorhalingen]
a. De geboorte-akte van [doorhaling] de bruid.
b. De bewijzen dat de bij de wet vereischte huwelijks-afkondigingen in de gemeente Alem, Maren en Kessel en Lith zonder stuiting hebben plaats gehad.
c. De akte van overlijden van Anna Maria van den Bogaard gewezen echtgenote des bruidegoms, waaruit blijkt dat zij is overleden den zesden januarij een duizend acht honderd twee en vijftig te Lith
d. De bruidegom geene geboorte akte kunnen vertoonen zoo hebben tot aanvulling van dit gebrek de vier getuigen, ten overstaan van welke deze huwelijksvoltrekking plaats heeft, ieder eene beëdigde verklaring afgelegd houdende dat het aan elk hunner in het bijzonder bekend is, dat de bruidegom in deze Bernardus de Goeij is geboren binnen de gemeente Lith en wel naar zij met zekerheid meenen, op den zesden Mei achttien honderd zeventien en dat hij uithoofde van niet in de registers van den Burgerlijken Stand van die gemeente te zijn ingeschreven, zich buiten [nieuwe pagina] de mogelijkheid bevindt om zijne akte van geboorte over te leggen.
Dientengevolge is door de aanstaande echtgenooten ten onzen overstaan, in tegenwoordigheid der natenoemen getuigen, de verklaring afgelegd, dat zij elkander aannemen tot echtgenooten, en dat zij getrouwelijk alle pligten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat verbonden zijn en hebben wij Ambtenaar van den Burgerlijken Stand, in naam der wet, verklaard dat de personen van Bernardus de Goeij en Maria van Ingen bovengenoemd, door den echt aan elkander verbonden zijn.
Deze huwelijksvoltrekking heeft plaats gehad in tegenwoordigheid van:
1e. Piet van Kessel oud een en zestig jaren, van beroep landbouwer wonende te Lith;
2e. Antoon Arts oud acht en dertig jaren, van beroep schoenmaker wonende te Lith;
3e. Hendrikus Janssen oud acht en dertig jaren, van beroep kuiper wonende te Lith;
4e. Willem van Heck oud vier en dertig jaren, van beroep arbeider wonende te lith,.
De getuigen hebben verklaard te zijn kennissen der kontracterende partijen.
En hebben wij hiervan opgemaakt deze akte, die aan de verschenen personen en de getuigen voorgelezen en geteekend is door ons den bruidegom en de getuigen daar de bruid heeft verklaard niet te kunnen schrijven. |
| Overlijden Maria van Ingen In het jaar een duizend acht honderd zeventig, den Een en twintigsten der maand Maart zijn voor ons Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der gemeente Alem, Maren en Kessel provincie Noord brabant, verschenen Bernardus de Gooij, oud drie en vijftig jaren, van beroep broodbakker wonende te Kessel man van de overledene en Martinus van Dijk oud drie en vijftig jaren, veldwachter wonende te Maren, kennis van de overledene, die verklaarden aangifte te doen, dat op den achttienden der maand Maart een duizend acht honderd zeventig, om twee ure des middags binnen deze gemeente overleden is Maria van Ingen echtgenote van Bernardus de Goeij, oud twee en veertig jaren, van beroep Zonder wonende te Kessel geboren te Alphen, dochter van Adrianus van Ingen en van Johanna Langeveld. En hebben wij hiervan opgemaakt deze akte, die, na aan den verschenen persoon en de getuigen te zijn voorgelezen, geteekend is door ons en de partijen. |