Documenten
|
| Geboorte Grada Theodora van Ingen Heden den tweeden september achttien honderd negen en tachtig is voor ons Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der gemeente Appeltern provincie Gelderland, verschenen Martins van Ingen van beroep schipper oud zeven en dertig jaren wonende te Appeltern, die aangifte heeft gedaan, als zijnde bij de geboorte tegenwoordig geweest, Lina Hammer zonder beroep echtgenote van Johannes van Ingen, schipper oud vier en dertig jaren wonende te Rotterdam door afwezigheid niet in staat deze aangifte te doen, te Alphen op den eersten dezer maand, des namiddags ten vijf ure, is bevallen van een kind van het vrouwelijk geslacht, aan hetwelk de voornamen worden gegeven van: Grada Theodora.
Deze aangifte is gedaan in tegenwoordigheid van Marinus Adrianus van Rossum, grof en hoefsmid oud drie en twintig jaren, wonende te Maasbommel, en van Hendrik van Gulik, timmerman oud zeven en twintig jaren, wonende te Maasbommel.
En hebben wij hiervan opgemaakt deze akte, welke, na gedane voorlezing, geteekend is door ons, den comparant en de getuigen. |
| Huwelijk Heden achttien mei negentienhonderd elf zijn voor mij, Ambtenaar van den burgerlijken stand van Rotterdam, verschenen ten einde een huwelijk aan te gaan: Antoine Jean Joseph de Bijl,oud acht en twintig jaren, zetschipper, geboren te Seilles België, wonende alhier, meerderjarige zoon van Willem de Bijl, oud zevenenvijftig jaren, schipper en Gertruda Marie Smits, oud tweeenvijftig jaren, zonder beroep, beiden wonende te ?s-Hertogenbosch en Grada Theodora van Ingen, oud een en twintig jaren, zonder beroep, geboren te Alphen gemeente Appeltern, wonende alhier, meerderjarige dochter van Johannes van Ingen, oud zesenvijftig jaren, koffiehuishouder en Lina Hammer, oud vierenveertig jaren, zonder beroep, beiden wonende alhier. De ouders van den bruidegom en de ouders van de bruid, alhier tegenwoordig, verklaarden tot dit huwelijk hunnen toestemming te geven.
De beide afkondigingen van dit huwelijk zijn alhier onverhinderd geschied op dertig April en zeven Mei deze jaars
Ik heb de bruidegom en bruid gevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat verbonden zijn.
Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam der wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden. Als getuigen waren tegenwoordig:
Johan Terschlüsen, oud achtenveertig jaren scheepsbevrachter;
Abraham de Groot, oud veertig jaren, schipper;
Hubert Bernard peulen, oud tweeëndertig jaren, schipper, zwager van den echtgenoot allen wonende alhier en
Johannes Thomas de Bijl, oud vijfentwintig jaren, schipper, wonende te ?s-Hertogenbosch, broeder van den echtgenoot.
Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen. |